Kleindochter Vilmos Huszár bezoekt Papaverhof

Vilmos Huszár werd op 5 januari 1884 als Vilmos Herz geboren in Budapest. Veel Hongaarse Joden veranderden rond de eeuwwisseling hun achternaam, waarbij Herz over ging in Huszár. Vilmos verliet zijn vaderland in 1904 en vestigde zich in 1909 in Nederland. Daar woonde hij tot 1939 aan de Weverslaan in Voorburg en daarna tot aan zijn dood in 1960 in het Gelderse Wierden. In 1916 ontmoet Theo van Doesburg, de oprichter van De Stijl, in Den Haag zijn nieuwe kennis, Huszár. Huszár wordt een van de meest loyale kunstenaars van De Stijl. Als Hongaar staat hij losjes tegenover de strikte scheiding tussen realisme en abstractie. In 1916 ziet hij een werk van Mondriaan en is direct idolaat van de nieuwe schilderkunst. Hij is gericht op doelbewuste vermenging van schilderkunst, ontwerpen en de onmiddellijke leefomgeving. Hoewel hij na 1924 het contact met Van Doesburg opgeeft, blijft hij sympathiek tegenover De Stijl staan. Dat blijkt vooral na 1950, als hij niet aarzelt om historisch belangrijke werken opnieuw te vervaardigen.

Bij de dood van Huszár in 1960 was kleindochter Vilma 11 jaar. “Mijn grootvader was een wat gesloten man. En hoewel het niet anders kan dan dat hij de Papaverhof, schepping van Stijlgenoot Jan Wils, kende vertelde hij daar nooit over. Nu pas maak ik kennis met dit prachtige complex” vertelde Vilma Schouwenberg-Huszár op vrijdag 5 oktober tijdens een rondleiding. “Ik vond het een openbaring om deze Stijlcreatie te zien. En zo ook de manier waarop er met dit monument wordt omgegaan, met liefde!” bekende de nazaat van de invloedrijke Stijlkunstenaar. Waarvan het Haags Gemeentemuseum veel werk bezit en die het hier afgebeelde Stijl-logo ontwierp.